In 1971 wordt de volgende model update geïntroduceerd. Daar Land-Rover onder de British-Leyland groep valt zijn de investering budgetten vrij beperkt. De Serie 3 lijkt dan ook in veel zaken sterk op de voorganger. Toch zijn er een aantal wijzigingen.  Van de buitenkant is het meest typerende dat de metalen grille door een kunststof exemplaar  vervangen wordt. Dat wordt overigens niet in alle landen in dank afgenomen. Binnenin zijn misschien wel de grootste wijzigingen. Hier valt nu een kunststof dashboard terug te vinden. De teller unit zit hierbij nu niet meer centraal in het midden geplaatst maar voor de chauffeur en de positie wisselt dus met LHD en RHD stuur.  Met dit nieuwe dashboard is de kachel eveneens verbeterd  compleet met ruitontwasseming. Een andere wijzing is de versnellingsbak die vanaf nu volledig gesynchroniseerd is en niet alleen de 3de en 4de versnelling. Als motoren worden nog steeds de 2286cc benzine  en diesel variant toegepast en tevens is de 6 cilinder benzine nog beschikbaar.

De Series 3 blijf een aantal jaar vrijwel ongewijzigd in productie. Eind jaren 70 beginnen er echter enkele veranderingen te komen en er komt een investering programma van de Britse overheid om Land-Rover  nu los van British Leyland weer competitief te maken. De eerste stap van dit programma "Stage One" is de 109" voorzien van de sterkere en betere lichtere 3,5 Ltr V8 motor met LT95 versnellingsbak, zoals deze aandrijflijn ook in de Range Rover toegepast werd. Hiermee moest hij beter de concurrentie in de exportmarkten aankunnen.  Deze komt in 1979 op de markt. In 1980 worden de 4 cilinder motoren verbetert met een 5x gelagerde krukas. Om de concurrentie met de groeiende opmars van Japanse 4x4 aan te kunnen komt er 1982 een luxere versie; de "County". Deze Station Wagon uitvoering was ten eerste herkenbaar aan zijn kleur in Russet Brown of Massai Red, verder voorzien van beige striping; stoelen met Stoffen bekleding en hoofdsteunen; getint glas; mistlampen op de bumper; dikke geluiddempende rubber matten en overdrive + vrijloopnaven op de 4 cilinder modellen.  De Series 3 blijft echter t.o.v. van de concurrentie vrij spartaans en is inmiddels al ook vrij verouderd. Er wordt dus druk aan een opvolger gewerkt de 110 die in 1983 geïntroduceerd wordt. De Series 3 blijft echter nog tot 1985 in productie, dit omdat de opvolger de 90 pas in 1984 komt en voor militaire orders nog steeds bestellingen binnen komen waardoor nog tot 1985 gebouwd wordt.